UV straling

Hoe werkt het en hoe gaan we er verstandig mee om?
UV radiation

De lente/zomer staat voor de deur. De zon voelt heerlijk aan, hij geeft de mensen een prettig gevoel. Kleine hoeveelheden UV-stralen zijn nodig voor de aanmaak van vitamine D in onze huid. Maar de heerlijke straling van de zon is verraderlijk. Het UV licht in de zon is schadelijk voor ons. We kunnen niet onbeperkt onbeschermd in de zon verblijven. Op korte termijn leidt te veel blootstelling aan het zonlicht tot zonverbranding van de huid. Op langere termijn leidt overmatige blootstelling aan de zon tot huidveroudering en soms tot huidkanker. Blootstelling aan de zon is een cumulatief risico. Mensen die veelvuldig in direct zonlicht verblijven zullen na verloop van tijd zonneschade hebben opgelopen. Huidkanker komt voor bij mensen die voor hun werk veel en langdurig in de zon komen. Maar ook de gemiddelde Nederlander krijgt steeds vaker huidkanker. De laatste 10 jaar is er een explosieve toename van het aantal huidkankers. In de meeste gevallen is huidkanker prima te behandelen, in sommige gevallen niet. Jaarlijks overlijden in Nederland 900 mensen aan de gevolgen van een melanoom, de meest kwaadaardige vorm van huidkanker. De toename is te verklaren door een toename aan zonexpositie tijdens winter- en zonvakantiesen door het gebruik van zonneapparatuur. Ook kinderen komen vaker en bloter in de zon. Bescherming tegen overmatige blootstelling aan de zon is van groot belang. De huid heeft van zichzelf een natuurlijke bescherming tegen de zon. Om deze bescherming te ondersteunen is het sterk aan te raden om verstandig met de zon om te gaan. Zo is het raadzaam om zonproducten te gebruiken bij blootstelling aan de zon. Helaas zien we in de praktijk vaak dat veel mensen slecht smeren. Door onvoldoende hoeveelheden en door niet vaak genoeg te smeren komt men niet aan de gewenste bescherming tegen de UV-schade. Om te begrijpen hoe anti-zonnebrand middelen werken en hoe je jezelf het beste beschermt tegen overmatige zonexpositie moeten we ons eerst verdiepen in zonlicht, huidtype en UV-index.

Waaruit bestaat zonlicht?

De zon bestaat uit infraroodstraling, zichtbaar licht en UV-straling. De infrarode straling is onzichtbaar en geeft ons warmte. Het zichtbare licht geeft planten energie voor fotosynthese en bepaalt het bioritme van mensen en dieren. Ultraviolette straling (UV-straling) is ook onzichtbaar. UV-straling wordt onderverdeeld in drie soorten: UVA-, UVB- en UVC-straling. Alle drie de soorten kunnen schadelijk zijn voor de huid. Overmatige blootstelling aan UV-straling kan gevaar opleveren voor de gezondheid. Teveel UV-straling beschadigt de huidcellen. De huid verbrandt en wordt rood. Meestal kan de huid de schade zelf weer herstellen. Maar in sommige gevallen gaat dat mis. Op langere termijn zijn de gevolgen van overmatige UV-blootstelling veroudering van de huid en huidkankervorming. Huidveroudering is te zien aan de rimpels, de pigmentvlekken en de verslapping van de huid. Huidveroudering wordt voor 90% veroorzaakt door zonbeschadiging. Ultraviolette bestraling van de huid is de belangrijkste vermijdbare oorzaak van alle vormen van huidkanker: het melanoom, het basaalcelcarcinoom en het plaveiselcelcarcinoom.

Wat is UVA-straling en wat doet het?

UVA-straling is het hele jaar aanwezig in het zonlicht. Dus ook in de herfst en de winter. UVA-straling wordt niet goed tegengehouden door de wolken. Het wordt ook niet volledig tegengehouden door glas. Glas laat 70% van de UVA-straling door. Dus ook achter glas ben je niet beschermd tegen de zon! UVA-straling heeft een lange golflengte. Hierdoor dringt de UVA-straling tot diep in de huid door, waar het DNA van de kwetsbare cellen in de huid kan worden beschadigd. Dit kan na verloop van tijd leiden tot huidkanker. Ook tast de UVA-straling het collageen en het elastine aan in de lederhuid. Collageen en elastine zorgen voor de stevigheid en de soepelheid van de huid. Langdurige aantasting hiervan leidt tot versnelde huidveroudering door verslapping van de huid. UVA-straling op de huid leidt niet tot verbranding. Hierdoor krijgt de huid geen waarschuwingssignaal bij overmatige expositie. Je ziet dus niet dat deze straling werkzaam is in de huid en daardoor is het gevaarlijk. UVA stralen laten de huid bruin kleuren. Dit gebeurt
relatief snel. UVA stralen veranderen het reeds aanwezige pigment in de huid. Dit is de zogenoemde directe pigmentatie. Deze bruine verkleuring duurt slechts enkele uren en geeft weinig bescherming.

Wat is UVB-straling en wat doet het?

UVB-straling is voornamelijk in de lente en in de zomer aanwezig. Deze straling zorgt ervoor dat we bruin worden, maar ook dat onze huid zonder bescherming verbrandt. Glas laat maar 10% van de UVB-straling uit de zon door. De UVB-straling bereikt alleen de bovenste laag van de huid, de opperhuid. Hier zorgt UVB-straling voor het bruinen van de huid en ook voor het verbranden. De opperhuid beschermt zich tegen UVB-straling door dikker te worden. De cellen in de opperhuid gaan zich onder invloed van de UVB-stralen sneller delen. Hierdoor verdikt de opperhuid en vormt zo een schild dat het zonlicht weerkaatst. In de opperhuid zitten melanocyten. Deze cellen spelen een belangrijke rol bij het bruin worden van de huid. Onder invloed van UVB -straling gaan deze cellen een bruin stofje, genaamd melanine, aanmaken. Melanine wordt in de opperhuid verspreid. Hierdoor wordt de huid bruin. Melanine is in staat om een deel van de UV-straling te absorberen en zo de kwetsbare levende cellen van de basale laag tegen UV-straling te beschermen. Het bruine pigmentstofje vormt als het ware een zonnescherm boven de basale laag. De huid probeert zichzelf zo te beschermen tegen de schadelijke effecten van overmatige blootstelling aan UVB-straling. Deze zelfbescherming van de huid is echter maar een lage bescherming tegen UV-straling, maximaal SPF 5. SPF staat voor Sun Protection Factor. Daar komen we later op terug. Bruin worden is een beschermingsreactie van de huid: als de huid bruin is geworden dan is er dus al schade aan gericht! Te veel UVB-straling zorgt voor een rode kleur of verbrande huid. Zonverbranding speelt een grote rol bij het ontstaan van huidkanker.

Wat is UVC-straling en wat doet het?

UVC is de meest krachtige en de meest gevaarlijke stralingsvorm. Gelukkig wordt deze geheel tegengehouden door de dampkring. De ozonlaag speelt daarbij een belangrijke rol. UVC kan onze afweer verzwakken en is sterk kankerverwekkend. Normaal bereikt het de aarde niet, maar door het bekende gat in de ozonlaag kan het op termijn toch een gevaar vormen voor de volksgezondheid.
Hieronder zie je een overzicht van het effect van UVA en UVB-straling op de huid.

UV effecten UVB UVA
Verdikking huid ja nee
Pigmentatie ja ja
Vitamine D ja nee
Verbranden ja nee
DNA schade ja ja
Huidkanker ja ja

Wat is een huidtype?

Niet ieder mens reageert in dezelfde mate op blootstelling aan ultraviolet licht. Hoe de huid reageert hangt af van het huidtype. Je huidtype is erfelijk bepaald en verandert niet tijdens het leven. Er zijn zes verschillende huidtypen.

Huidtype 1 Huidtype 2 Huidtype 3 Huidtype 4 Huidtype 5 Huidtype 6
Verbrandingservaring Verbrandt zeer snel Verbrandt zeer snel Verbrandt niet snel Verbrandt bijna nooit Zeer goed bestand tegen zon Zeer goed bestand tegen zon
Bruiningservaring Bruint niet Bruint langzaam Bruint makkelijk Bruint zeer goed Bruint zeer goed Bruint zeer goed
Uiterlijke kenmerken Zeer lichte huid.

Vaak sproeten.

Rood of lichtblond haar.

Lichte ogen.

Lichte huid.

Blond haar.

Lichte ogen.

Licht getinte huid.

Donkerblond tot bruin haar.

Vrij donkere ogen.

Mediterraan type. Aziatisch type. Negroïde type.

HUIDTYPE 1

Deze huid verbrandt altijd en wordt niet bruin. De mensen met dit type hebben een heel lichte huid, meestal met sproeten op de aan de zon blootgestelde delen, zoals gezicht, hals, decolleté en onderarmen. Ook hebben ze vaak rood of lichtblond haar.

HUIDTYPE 2

Deze huid verbrandt meestal en wordt een beetje bruin. Ook hierbij is de huid licht van kleur. Mensen met blond haar en met grijze, groene of blauwe ogen hebben vaak huidtype 2.

HUIDTYPE 3

Deze huid verbrandt zelden en wordt goed bruin. De huid is iets getint. Deze mensen hebben donkerblond of bruin haar en vrij donkere ogen.

HUIDTYPE 4

Deze huid verbrandt bijna nooit en bruint goed. Dit type wordt ook wel het Mediterrane type genoemd, omdat vooral mensen in subtropische landen en mensen die rond de Middellandse zee wonen dit huidtype hebben. De huid is meer getint. De mensen hebben donker haar en donkere ogen.

HUIDTYPE 5

Deze huid verbrandt bijna nooit en wordt diepbruin. Dit type wordt ook wel het Aziatische huidtype genoemd. Deze mensen hebben een donkergetinte huid of een bruin-gele huid. Mensen met dit huidtype hebben zwart haar en donkere ogen.

HUIDTYPE 6

Deze huid verbrandt nooit en is zeer donkerbruin of zwart. Dit is het negroïde huidtype. Dit huidtype komt voor bij mensen die in Afrika wonen of een Afrikaanse afkomst hebben. Mensen met huidtype 6 hebben een natuurlijke bescherming tegen zonverbranding.

Mensen met een lichte huid die snel verbranden in de zon hebben een groter risico om huidkanker te krijgen dan donkere mensen met veel pigment in hun huid. Ongeveer 39% van alle Nederlanders heeft huidtype 1 of 2. In de tabel 1 staan de huidtypen en hun kenmerken samengevat.

Je huidtype kan jezelf bepalen op www.kanker.be/kankerpreventie/slimmer-de-zon/

UV-index

De UV-index is een maat voor de hoeveelheid UV-straling die het aardoppervlak bereikt. De UV-index in Nederland varieert tussen de 0 en de 10. 0 is geen UV-index, 1-2 vrijwel geen, 3-4 zwakke, 5-6 matige, 7-8 sterke en 9-10 zeer sterke UV-index. De hoogte van de zon bepaalt de kracht van de zon. Hoe hoger de zon staat, hoe sterker de zonkracht. De hoogte van de zon hangt af van het jaargetijde, het tijdstip van de dag en de plaats op aarde. De afstand die UV-stralen door de dampkring moeten afleggen is ’s middags het kortst, als de zon recht boven ons staat. De zonkracht is in Nederland het sterkst tussen 12.00 en 15.00 uur. In de zomer is in Nederland de zonkracht in de middag maximaal 6 of 7; in de winter vaak minder dan 1. In de tropen maakt het jaargetijde geen verschil. Hoe dichter bij de evenaar, hoe sterker de UV-straling en hoe minder de seizoenen verschillen. Hoe hoger (in de bergen), hoe sterker de UV-straling.

Bewolking, weerkaatsing en de ozon-laag

Niet alleen de hoogte van de zon, maar ook de dikte van de bewolking, de mate van weerkaatsing en de dikte van de ozonlaag spelen een rol in de UV-index. Door een zwaarbewolkte lucht met een dik wolkendek komt nauwelijks UV-straling. Bij heiig weer, dit wil zeggen een dunne, nevelige bewolking, bereikt toch nog steeds veel UV-straling het aardoppervlak. UV-straling wordt weerkaatst door een muur, het zand en het water. Dit kan oplopen tot wel 10 tot 20% UV-straling. Onder een parasol op het strand, of naast een muur of water is men dus niet volledig beschermd. De weerkaatsing via verse sneeuw en ijs is zelfs 80 tot 90%. Hoe dunner de ozonlaag, hoe minder UV-straling wordt tegengehouden en hoe sterker de zonkracht. De ozonlaag is het dunst boven Nieuw-Zeeland en Australië. Op dit continent heeft huidkanker epidemische vormen aan – genomen.
Mensen met een licht huidtype verbranden makkelijker dan mensen met een donker huidtype. Hoe snel je verbrandt hangt ook af van de UV-index. De onderstaande rekensom laat zien hoe je de snelheid van
verbranden van een onbeschermde huid bij elk huidtype kan berekenen.

  1. Huidtype 1: 67 minuten/zonkracht.
  2. Huidtype 2: 100 minuten/zonkracht.
  3. Huidtype 3: 200 minuten/zonkracht.
  4. Huidtype 4: 300 minuten/zonkracht.

Gebruik vanaf UV-index 3 dus een antizonnebrandmiddel! De actuele UV-index vind je op de websites van het RIVM (www.rivm.nl) en het KNMI (www.knmi.nl).

Tips voor verstandig zonnen

Nu we weten wat UV-straling is, hoe je een huidtype kan bepalen en hoe de UV-index de snelheid van verbranden bepaalt, kijken we verder naar hoe we verstandig kunnen zonnen.
Te veel UV-straling kan zoals gezegd schade aan de huid veroorzaken. Op korte termijn verbranding, op lange termijn een versnelde veroudering van de huid én een grotere kans op huidkanker. Het advies luidt dan ook: geniet van de zon, maar zorg dat je niet verbrandt. Smeer je in, bedek je huid, zoek de schaduw op! Maar ook als je NIET verbrandt loopt de huid schade op. BESCHERM JE DUS ALTIJD TEGEN DE ZON.

Anti-zonnebrandmiddelen

Anti-zonnebrandmiddelen zijn gemaakt om de huid tegen zonnebrand en veroudering te beschermen. Ze bevatten UV-filters waardoor minder UV-straling de huid bereikt.Een anti-zonnebrandmiddel is een aanvullende maatregel, naast het dragen van beschermende kleding; een zonnebril met UV-werende glazen en het opzoeken van de schaduw op zonnige dagen. Een anti-zonnebrandmiddel is alleen afdoende als de juiste beschermingsfactor is gekozen, als het middel tijdig is gesmeerd en als er voldoende dik en voldoende vaak gesmeerd wordt.

Wat is een beschermingsfactor en hoe kies je de juiste?

De mate van bescherming tegen UVB-straling wordt weergegeven met SPF; sun protection factor. Bescherming tegen UVA-straling wordt weergegeven met een symbool met UVA in een cirkel. Bescherming tegen UVA-straling wordt weergegeven met PPD (persistent pigmentation darkening). Volgens de nieuwe wetgeving in Europa sinds 2006 moet de bescherming tegen UVA-straling minstens 1/3 van de bescherming tegen UVB-straling zijn! Er bestaan chemische en fysische filters. Een fysisch of mineraal filter vormt een schildje op de huid. Dit schildje weerkaatst de zonnestralen. Na het insmeren werken deze filters meteen. Een nadeel is wel dat deze filters eenvoudig af te vegen zijn en een wit waas achterlaten. Chemische zonnefilters of absorberende filters trekken in de huid in. Daar absorberen ze de UV-straling van het zonlicht. Deze filters blijven beter zitten. Omdat deze filters een tijdje in contact moeten zijn met de huid vooraleer ze werken moeten ze een half uur voor de zon expositie aangebracht worden om optimaal te kunnen functioneren.

Welke SPF moet je gebruiken?

Welke SPF je moet gebruiken hangt af van je huidtype. SPF is een factor die de verbranding van de huid in de zon uitstelt. Stel, een onbeschermde huid verbrandt na 10 minuten. Je gebruikt een antizonnebrandmiddel met een SPF 30, dan zal deze huid 10 minuten maal 30 SPF; pas na 300 minuten verbranden. Om de juiste SPF te behalen moet je wel voldoende dik smeren.

Er is berekend dat 2 mg crème per cm2 gesmeerd moet worden om voldoende dik te smeren. In onderstaande afbeelding is weergegeven hoeveel dat betekent.

Voor een volwassene betekent dit dat er 35 gr per smeerbeurt gebruikt moet worden. Voor een kind is het 20 gr per smeerbeurt! De crème moet ook gelijkmatig over de huid worden verdeeld en goed worden uitgesmeerd. De meeste mensen gebruiken maar 25-50% van de benodigde hoeveelheid. Als de helft van de benodigde hoeveelheid van factor 50 gesmeerd wordt dan blijft maar een kwart van de beschermingsfactor over. Gebruik liever geen spray want die breng je niet dik genoeg aan. Geen enkel antizonnebrandmiddel heeft een UVA en UVB-filter die stabiel is in de zon en tegen zweten en wrijving kan. De werking van de filters neemt af na het smeren. De snelheid waarmee dit gebeurt is afhankelijk van het huidtype, de sterkte van de zon en de gebruikte filter. Bedenk dus dat je om de juiste SPF te behalen je niet alleen voldoende dik moet smeren. Je moet dus ook het smeren elke 2 uur herhalen. Bij transpiratie en na het zwemmen moet zelfs vaker gesmeerd worden.

Vergeet de kwetsbare delen niet

De lippen, de neus, de huid rond de ogen en de randen van de oren zijn kwetsbare gebieden. Bij langdurige overmatige blootstelling aan UV-straling kan hier op termijn schade ontstaan. Vergeet deze niet in te smeren! De voetruggen en de schouders worden ook vaak vergeten. Maak gebruik van een vast ritueel om jezelf of je (klein) kinderen in te smeren met een anti-zonnebrandmiddel.

Kies een beschermingsfactor die past bij je huidtype en bij de UV-index. Voor een huidtype I geldt in de Nederlandse zon een SPF van 20-30, bij een huidtype II:SPF 15+, bij een huidtype III:SPF 15+ en bij een huidtype IV volstaat SPF 10-15.
Als je echt wil gaan zonnen of op vakantie gaat naar een gebied met een hoge UV-index, neem dan een hogere factor!

100% bescherming bestaat niet

Een anti-zonnebrandmiddel dat alle UV-straling tegenhoudt, bestaat niet. Zelfs middelen met de hoogste factor kunnen geen volledige bescherming bieden. De bescherming wordt geboden door het absorberend vermogen van de chemische filters en door het reflecterend vermogen van de fysische filters. De onderstaande tabel en tekening laat zien hoeveel UV-straling geabsorbeerd of gereflecteerd wordt.

  1. SPF 2: 50% bescherming.
  2. SPF 4: 75% bescherming.
  3. SPF 8: 87.5% bescherming.
  4. SPF 15: 93.3% bescherming.
  5. SPF 30: 96.7% bescherming.
  6. SPF50: 98% bescherming.

Waterproof bestaat niet meer!

Waterproof is een misleidende claim die in Europa niet meer gebruikt mag worden. Een beschermingsfactor loopt terug na contact met water. Na het zwemmen en transpireren moet het product opnieuw worden aangebracht. Waterresistent is een product dat beter blijft zitten tijdens contact met water. Het nadeel van deze producten is dat het vettige producten zijn die onprettig zijn in gebruik omdat ze meer plakken. Vette anti-zonnebrandmiddelen kunnen ook puistjes geven. Anti-zonnebrandmiddelen zijn na aankoop in de winkel nog ongeveer een tot twee jaar houdbaar. Nadat de verpakking open is geweest of met hoge temperaturen in aanraking is geweest, kan de factor die op de verpakking staat teruglopen naar een lagere beschermingsfactor (SPF). Het middel geeft dan niet meer de volledige bescherming. Alle anti-zonnebrandmiddelen op de Nederlandse markt moeten voldoen aan EU-richtlijnen. Er is heel wat media-aandacht geweest voor onderzoeken die veronderstellen dat anti-zonnebrandproducten niet veilig zouden zijn. Ze zouden zelfs kanker kunnen veroorzaken. De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit ziet geen reden om te twijfelen aan de veiligheid van anti-zonnebrandproducten die in de winkel liggen.

Met dank aan Dr. Annemie Galimont-Collen, Dermatoloog dermaTeam Middelburg, Goes en Zierikzee (Nederland).

Annemie Galimont is opgeleid tot ermatoloog in het Leids Universitair Medisch Centrum. Tijdens haar opleiding was zij betrokken bij de opleiding van verpleegkundigen en artsen. Na haar opleiding heeft zij multidisciplinaire expertise centra voor huidkanker en wondzorg in Zeeland en het kindereczeem­centrum “SMEER’M” opgericht. Sinds 2012 heeft zij een scholings bedrijf. Huidopleiding voorziet in opleiding op maat aan artsen, apothekers, apothekersassistenten, verpleegkundigen, huidtherapeuten, bandagisten, schoonheidsspecialisten, en voetzorgverleners. De opleidingen zijn persoonlijk, kleinschalig en toegespitst op de dagelijkse praktijk.

Expertise

Dermatoloog Annemie Galimont heeft een jarenlange expertise in voorlichting en scholing aan patiënten en zorg verleners, en schreef ook folders voor patiënten, te vinden op huiddokter.nl. Daarnaast is ze een kwartiermaker bij multidisciplinaire samenwerkingen, een kwaliteit waar we binnen het multi ­ disciplinaire domein huid veel behoefte hebben. Annemie betrekt zorgverleners in netwerksamen werkingen, met oog en waardering voor ieders expertise en rol. Hierdoor ontstaan goed functionerende en toekomstbestendige netwerken.

NTVH

Voor het Nederlands Tijdschrift Voor Huidzorg schrijft Annemie Galimont artikelen waarbij de multidisciplinaire krachten en waarden van de vele professionals in huidzorg een plaats krijgen.

Volg ons op

Nieuwsbrief